Overslaan en naar de inhoud gaan

Brief aan Marleen de Crée

door Monique Bol

Marleen de Crée besmette Monique Bol onherroepelijk met de poëziemicrobe.

Voor een uitgetypte versie klik hier

Marleen de Crée

Monique Bol richtte zich in haar brief tot Marleen De Crée. De Crée werd geboren in Bree in 1941 en is nog steeds actief als dichter.

Waarom ik jou uitkoos voor deze brief? Wel, tijdens een lezing over je werk als dichter heb je me onherroepelijk besmet met de poëziemicrobe en sindsdien droom ik dat mijn naam in één adem uitgesproken wordt met het woord auteur. Zal ik ooit, net als jij, dertig dichtbundels schrijven? Of meer, want volgens mij ben je nog lang niet uitgeschreven. Binnenkort verschijnt er alweer een geesteskind van jou, met de prachtige titel: “Toen gisteren nog vandaag was”. In een van de gedichten schrijf je: “zwijgen gleed in de kamers van het hart. zingen was niet toegelaten.”  Hoe graag had ik die woorden zelf verzonnen!

 

De Crée was goed bevriend met collega-dichter Maurice Gilliams. Op deze foto uit ons archief zie je ze samen in de tuin.

Ze droeg verschillende van haar dichtbundels aan hem op. Zoals deze bundel zonder titel.

In 1991, 9 jaar na de dood van Gilliams, won ze de naar hem vernoemde prijs voor haar bundel Over de Brug der Aarzelingen.

 

+++

De brief van Monique Bol werd door de jury (Nele Hendrickx, directeur Letterenhuis, Michaël Vandebril, dichter en coördinator Antwerpen Boekenstad, en Jet Steinz) beloond met de eerste prijs in onze brievenwedstrijd naar aanleiding van de week van het Nederlands. Monique krijgt een abonnement op Zuurvrij en het boek P.S. Van liefdespost tot hatemail van Jet Steinz.

Meld je aan voor de nieuwsbrief